Begraven op eigen grond
Overal waar mensen zich vestigen, zal zich na korte of lange tijd de noodzaak voordoen om medemensen te begraven. In Vught lagen de oudste graven bij en in de St.-Lambertuskerk en de oude St.-Pieterskerk of Strooien kerk op het latere Maurickplein, op en rond de Joodse begraafplaats aan de Berkenheuveldreef en bij een oude kapel in Cromvoirt. In 1830 werd de Algemene begraafplaats aangelegd. Later volgden begraafplaatsen van parochies, kloosters, psychiatrisch ziekenhuis Voorburg en de protestantse begraafplaats Ouwerkerk. [1]
Dit artikel zal gaan over de graven die drie aanzienlijke, Vughtse families op eigen grond hebben gerealiseerd. De oudste grafkelder op particuliere grond is die van de familie Martini aan de Martinilaan met een eerste bijzetting omstreeks 1813. Veel aandacht zal uitgaan naar grafkelders van de familie Van Beresteijn [2] die twee eeuwen op kasteel Maurick heeft gewoond: de grafkelders in de St.- Lambertus- en de St.-Pieterskerk, een grafkelder op de Algemene begraafplaats en tenslotte een grafkelder op eigen terrein in het bos van Maurick. De eerste bijzettingen vonden daar omstreeks 1840 plaats. Het derde graf op eigen grond is van de in 2003 omgekomen Mr. W.F.E. Marggraff in het park bij zijn landhuis Zionsburg in het centrum van Vught.